Door: Evi Blezer, ANIOS ouderengeneeskunde

Ik neem een aanloop. Die begon vier jaar geleden, toen ik met mijn masteropleiding Arts-Klinisch Onderzoeker begon. Het was een keuze die mijn toekomst veranderde en waar ik helemaal achter stond. Ik rende van toets naar opdracht, via reflecties en leerdoelen, in de richting van mijn bul. Af en toe zat er een kuil in de weg, maar na iedere val stond ik op. Dan voelde ik me sterker en sprintte ik verder naar mijn doel. Ondertussen nam ik zoveel mogelijk bagage mee voor mijn sprong in het diepe.

Zou het goedkomen?

Vanaf dag één wist ik: over vier jaar spring ik in het diepe. Dan start ik als basisarts. Doodeng vond ik dat idee. Ik was bang om fouten te maken. Bang dat mensen zieker werden of zelfs zouden overlijden door mijn schuld. En bang erachter te komen dat ik misschien toch niet zo geschikt was voor dit vak.

Ik besefte dat die gedachten waarschijnlijk irrationeel waren. Daarom zag ik de eerste maanden van mijn nieuwe baan als een periode waar ik doorheen moest. Daarna zou het wel goed komen. Omdat deze stap zo groot voelde, wilde ik er alles aan doen om op een goede plek te starten. Maar waar vond ik die plek?

Keuzes maken

Het liefst wilde ik werken op een plek met een opleidingsgericht, warm en toegankelijk team. Mijn keuze in specialismen had ik al beperkt tot interne of ouderengeneeskunde. Maar wilde ik eerst een jaar in het ziekenhuis aan de slag?  Om een wat dikkere huid te krijgen en efficiënt te leren werken? En kennis op te doen van een breed pakket aan ziektebeelden uit de tweede lijn?

Of wilde ik toch eerst naar de ouderenzorg? Waar ik kon leren om multidisciplinair te werken, met minder diagnostische mogelijkheden dan in het ziekenhuis? En kennis kon opdoen van ziektebeelden uit de eerste lijn?

Ik zette alle argumenten op een rij. Wat kon ik waar leren? Wilde ik echt alleen ouderen zien? Of vond ik de afwisseling in patiëntengroepen boeiender? Hoe snel moest ik diensten gaan draaien?

Nadat ik twee weken had nagedacht over al deze rationele vragen, kwam de vraag in me op die alles direct duidelijk maakte: bij welke baan is de kans het grootst dat ik iedere dag met plezier naar mijn werk ga? Over het antwoord twijfelde ik geen moment. De ouderenzorg, dat moest het zijn. De interne geneeskunde houd ik graag warm voor daarna.

Voordelen van TalentCare

Vervolgens was er nog één keuze. Ging ik werken bij TalentCare? Of alsnog zelf solliciteren? Bij TalentCare had ik eigenlijk al een contract getekend. Ik stond helemaal achter de filosofie van de organisatie en wilde graag hun onderwijs volgen. Ook vond ik de manier waarop zij mij prikkelden om over mezelf na te denken heel fijn. Ik keek al uit naar het starten van mijn verbeterinitiatief.

Wat ik alleen lastig vond, was dat ik de controle uit handen moest geven. Ik had nu wel een contract, maar geen idee waar ik terecht zou komen. De geschikte werkplek werd voor mij gezocht. Hoewel we veel praatten over de soort plek waar ik wilde starten, lag de keuze voor mijn gevoel toch in handen van TalentCare.

Pas toen ze een werkplek voor me vonden, besefte ik pas dat hun voorkennis over de organisaties en werkplekken een enorm voordeel was. Zij konden veel beter dan ikzelf inschatten in welk team ik goed zou passen. Waar ik het gevoel had controle te verliezen, had ik achteraf gezien juist veel meer controle.

De juiste vraag op het juiste moment

Mijn manager van TalentCare was laaiend enthousiast over het verpleeghuis waar ik aan de slag kon. Ze belde vol vreugde dat ik daar op gesprek mocht. Tijdens de sollicitatie kreeg ik een vraag die mij volledig liet ontspannen: “Welke begeleiding heb jij van ons nodig om veilig te kunnen leren?” De begeleiding die ik nodig had, kon dit verpleeghuis mij bieden. We hadden een deal: dit was de plek waar ik wilde starten!

Doordat deze vraag aan mij gesteld werd, zag ik in de diepte ineens een springkussen voor een zachtere landing ontstaan. Tegelijkertijd kreeg ik van TalentCare nog wat tools om steviger in mijn schoenen te staan en meer te vertrouwen op mezelf. Die tools waren mijn parachute.

Richting het diepe

Op dit moment zet ik de laatste grote passen. En over vier dagen zet ik me af. Met een glimlach op mijn gezicht maak ik de sprong. Met de juiste bagage en in de juiste richting. En ineens ben ik heel nieuwsgierig naar wat zich daar allemaal in het diepe bevindt.